Het idee achter het prostitutiebeleid dat we sinds 2000 in Nederland hanteren is om schadelijke vormen van prostitutie te bestrijden en vrijwillige prostitutie te normaliseren. Dit beleid werkt echter niet zoals gepland. Waaraan is dat te zien? En waarom werkt het niet? Lees het hier!
De twee-splitsing in de aanpak van prostitutie is in 2007 geëvalueerd. Een van de conclusies was dat het lastig is om gedwongen prostitutie van vrijwillige prostitutie te onderscheiden (Daalder, 2007) De zaak rondom de groep Dürdan bevestigde dit nog eens (KLDP, 2008). Dit criminele netwerk buitte zo’n 120 vrouwen uit, en kon jarenlang zijn gang gaan binnen de vergunde sector. Ondanks de strengere wet- en regelgeving blijft mensenhandel moeilijk vast te stellen. Legalisering in de prostitutie heeft de georganiseerde misdaad niet verdreven (Huisman, 2014). In tegendeel; uit internationaal en Europees onderzoek zijn er aanwijzingen dat het zelfs lastiger is geworden om mensenhandel te bestrijden en de instroom is toegenomen (Cho, S.-Y., 2013) . Een rapport van Europol omschrijft Nederland als een ‘belangrijke markt voor mensenhandelaren’, omdat ‘de vraag naar goedkope seksuele diensten en arbeid er hoog is’ (Europol 2016).
Evaluaties
Het normaliseren van prostitutie was vooral bedoeld om de positie van mensen in de prostitutie te verbeteren. In de evaluatie in 2006 werden er geen verbeteringen gevonden in de positie van mensen in de prostitutie (Daalder, 2007). Er werd onder andere gekeken naar de arbeidsverhoudingen, het emotioneel welbevinden en tevredenheid met het inkomen van mensen in de legale sector. In 2014 werd er opnieuw naar de positie van de mensen in de prostitutie gekeken (Daalder, 2015). Als opvallend verschil tussen beide evaluaties wordt in het tweede rapport genoemd dat er ten opzichte van 2006 een verbetering lijkt te zijn op het gebied van roken, alcoholgebruik en sporten. Desalniettemin was zowel in 2006 als in 2014 de gezondheid en het welbevinden van mensen in de legale prostitutie slechter dan dat van de gemiddelde Nederlandse burger. Bovendien werd uit beide evaluaties duidelijk dat een meerderheid van de ondervraagden over 5 jaar niet meer in de prostitutie wilde werken.
Er het beste van maken
Uit de insteek van de evaluatie van de legalisering van prostitutie, lijkt het erop dat men uitgaat van een bepaalde lage levenskwaliteit in de prostitutie, die niet opgaat voor een andere legale beroepsgroep. Men evalueert niet zozeer op wenselijkheid van de beroepsgroep, maar gaat uit van het feit dat dit ‘beroep’ er nu eenmaal is, en we er maar het beste van moeten maken voor deze mensen. Een goed beeld van de situatie in de prostitutie is ook lastig van de mensen in de prostitutie zelf te krijgen. Veel mensen die nog in de traumatische situatie zitten, kunnen dit niet als zodanig herkennen, vanuit hun overlevingsstrategie (Margaret, 2004). Bovendien zetten pooiers (zelf de grootste bron van geweld) de vrouwen vaak onder druk om geen aangifte te doen. (Farley, 2002) Om deze kwetsbare groep te beschermen kunnen we dus niet rekenen op derden (pooiers, bordelen). Derden zijn allereerst gemotiveerd door het maken van winst.
Sekskopers zijn veelal bewust van de situatie waarin mensen in prostitutie verkeren, bijvoorbeeld de uitbuiting die ermee gepaard gaat en dat ze voor pooiers werken. (Farley, 2011). Maar deze bezwaren wegen blijkbaar niet op tegen hun ‘recht’ om seks te kopen.
Wiens recht is sterker?
Zolang prostitutie wordt gezien als een alternatieve vorm van werk voornamelijk voor vrouwen, zal een substantiële groep van kwetsbare mensen vast blijven zitten in een systeem van seksuele uitbuiting, dat zich grenst aan slavernij en waaruit ze zelden kunnen ontsnappen. Het lijkt erop dat Nederland het recht van de sekskoper belangrijker vindt dan de levenskwaliteit van de meerderheid van de vrouwen in de prostitutie, en de ongelijkwaardigheid tussen deze beide partijen.
Bronnen
Cho, S.-Y., Dreher, A., Neumayer, E. (2013). Does Legalized Prostitution Increase Human Trafficking? Geraadpleegd van https://doi.org/10.1016/j.worlddev.2012.05.023; Jakobsson, N., & Kotsadam, A. (2013).
Daalder, A.L. (2007). Prostitution in the Netherlands since the lifting of the brothel ban. Geraadpleegd van https://repository.tudelft.nl/assets/uuid:a0ca309e-9739-49a9-a803-9820a8de0fa5/ob249a-fulltext_tcm44-83466.pdf
Daalder, A.L. (2015). Prostitutie in Nederland anno 2014. Geraadpleegd van https://www.wodc.nl/binaries/cahier-2015-1-volledige-tekst_tcm28-73288.pdf
Europol (2016). Situation Report Trafficking in human beings in the EU. Geraadpleegd van https://www.europol.europa.eu/publications-documents/trafficking-in-human-beings-in-eu
Farley, M, Prostitution and Trafficking in Nevada: Making the Connections, 44; Lenore Kuo, Prostituion Policy: Revolutionizing Practice Through a Gendrered Perspective (New York: NY Univ. Pressm 2002), PDF e-book, 84.
Farley, M., Schuckman, E., Golding, J. M., Houser, K., Jarrett, L., Qualliotine, P., & Decker, M. (2011). Comparing Sex Buyers with Men Who Don’t Buy Sex: “You can have a good time with the servitude” vs. “You’re supporting a system of degradation”. Geraadpleegd van http://www.prostitutionresearch.com/pdfs/
Huisman, W., & Kleemans, E. R. (2014). The Challenges of fighting sex trafficking in the legalized prostitution market of the Netherlands. Geraadpleegd van https://link.springer.com/article/10.1007/s10611-013-9512-4
KLPD. (2008). Schone Schijn: De signalering van mensenhandel in de vergunde prostitutiesector. Geraadpleegd van https://www.om.nl/publish/pages/17709/klpd_sneep_low_res_tcm5-968601.pdf
Margaret A. Baldwin MHS (2004) Living in Longing, Journal of Trauma Practice. Geraadpleegd van https://doi.org/10.1300/J189v02n03_16