En klopt het wel dat seks je verbindt, zoals op de posters van Exxpose staat? We vroegen het aan Pauline, hersenwetenschapper en seksuoloog. Ze onderzocht tijdens haar master neuroscience welke verbindingen je hersenen leggen tijdens seks. Ook schreef ze het boek ‘let’s talk about seks!’ voor tieners. De juiste persoon om ons brein mee in te duiken.
Waarom ben je seksuoloog geworden? “Ik zag tijdens mijn studie om me heen dat heel veel mensen random seks hebben. Ik ben zelf christen en werd benieuwd waarom christenen dat zo ongezond vonden. Klopte het wel dat het slecht voor je is om met verschillende mensen te slapen? Ik las een boek over wat er gebeurd in je hersenen als je seks hebt – en dat vond ik zo interessant dat ik me erin ben gaan verdiepen en onderzoek ben gaan doen. Maar niet alleen in het hersengebied, hoor. Toen ik werd gevraagd om een boek te schrijven heb ik me helemaal verdiept in hoe dat zit met seks en onze keuzes daarin.”
Werk je nu ook als seksuoloog? “Momenteel even niet, nee. Ik woon in Parijs en wilde mijn PHD in Leuven doen. Dat bleek toch niet echt praktisch haalbaar. Maar ik wil hier wel mee verder als we terugverhuizen naar het noorden, denk ik. Nu ben ik druk met het bedrijfje dat ik met een vriendin run, waarmee we bruiloften organiseren op een sociaal verantwoorde manier. Het heet De Bruismeisjes.”
Wat weet je van ons brein? “De hersenen zijn voor veel mensen het meest onbegrepen deel van het lichaam. Het is ingewikkeld. Je kan er niet bij. Je kan het niet vastpakken. Afgelopen jaren hebben onderzoekers geprobeerd om aan de hand van nieuwe technologische hoogstandjes de hersenen als één grote puzzel beetje bij beetje op te lossen. Uiteraard is de puzzel nog niet opgelost: nog lang niet alles is gezegd of onderzocht over de hersenen. Toch zijn er al wel stukjes van de puzzel te zien; zo kan de vraag naar wat seks doet in je hersenen, al een beetje worden beantwoord. Er zijn al heel wat dingen bekend over verliefdheid en seksualiteit, die absoluut de moeite waard zijn om te noemen! Zo blijkt dat tieners vaker risicovolle beslissingen nemen dan volwassenen. Dit komt doordat het beloningsgebied in de hersenen qua ontwikkeling voorloopt op het hersengebied die het risicovolle gedrag in toom moeten houden. Ze gaan dus op zoek naar een kick (beloning) en kunnen hun eigen gedrag daarbij niet goed reguleren waardoor ze in gevaarlijke of risicovolle situaties terecht kunnen komen. Andere weetjes zijn dat je verliefdheid terugziet in de hersenen en dat seks verslavend blijkt te zijn. En wat dacht je van het feit dat er bij mannen een stofje vrij komt tijdens de seks die maakt dat je monogaam bent?”
Wat gebeurt er als je seks hebt? “Om deze vraag te beantwoorden moeten we eerst even kort kijken hoe ons brein werkt. De hersenen bestaan uit tientallen miljarden zenuwcellen (neuronen genoemd). Het bijzondere is dat deze zenuwcellen met elkaar communiceren. Uitlopers van de zenuwcellen (dendrieten en axonen) spelen een grote rol in deze communicatie. Via deze uitlopers en de synapsen – het “gat” tussen een axon en dendriet – worden elektrische signaaltjes en chemische stofjes uitgewisseld, zoals de neurotransmitters. Op deze manier staat elke neuron in contact met honderdduizenden andere neuronen en vormt het verschillende netwerken. Het is een beetje zoals met steden en wegen. Een stad (neuron) heeft allerlei wegen (axonen en dendrieten) naar andere steden. Hoe meer mensen en auto’s (neurotransmitters) naar deze stad komen, hoe meer wegen er nodig zijn. Wanneer een stad toch minder in trek is, kan het aantal wegen ook verminderen. Zo zijn de connecties in de hersenen ook erg veranderlijk. Dit wordt neuroplasticiteit genoemd: de hersenen passen zich continu aan veranderende situaties aan.
“Tijdens seks komen stofjes vrij: onder andere dopamine, oxytocine en vasopressine. Dit zorgt voor verlangen, hunkering en obsessie. Als je seks hebt met iemand, raak je eigenlijk een beetje verslaafd aan diens aanraking. Elke aanraking wordt beloond met een shot aan deze stofjes. En daarnaast geven de stofjes vertrouwen en verbinding. Deze stofjes samen houden de levenscyclus in stand: je wilt graag seks hebben met je partner, je bindt je aan één partner die je steeds meer gaat vertrouwen, je krijgt kinderen, je bindt je aan je kinderen door deze stofjes en zij op hun beurt aan jou. Dit alles ondersteunt en verhoogt de gezinsband. Zo groeien kinderen veilig op tot volwassenen en begint de cyclus opnieuw. We zijn dus hardwired om lief te hebben.”
Maar als ik niet verliefd ben en gewoon een onenightstand hebt? “Dan komen alsnog dezelfde stofjes vrij. Dit is de reden waarom casual seks eigenlijk helemaal niet zo casual is. Bij een heftige vrijpartij met een ‘zomaar uit de bar geplukte’ jongen of meid, zorgen deze stofjes ervoor dat je automatisch verliefde gevoelens krijgt voor deze vreemde jongen of dit onbekende meisje en dat je gehecht raakt aan die persoon. Je kan dus soms echt blind zijn in de liefde. En je blijft meer verlangen naar het spannende gevoel en de seksuele bevrediging.
“Daarnaast lopen er veel meer connecties van je emotionele brein naar je rationele brein, dan van je rationele brein naar je emotionele brein. Je emoties regeren dus vaak over je denken: het weet wat het wil en het doet er alles aan om het te krijgen. Dit verklaart ook waarom verliefde mensen soms weten met hun ratio dat een relatie niet goed voor hen is, maar er toch helemaal induiken door de sterke gevoelens.”
Maar dat maakt toch niet uit? “Jawel, want daarmee beschadig je het systeem. Het werkt hetzelfde als een sticker die je te vaak ergens op plakt. De lijm wordt elke keer slechter. Je kunt je dus op een gegeven moment minder goed hechten. Die hechtingsstofjes zijn heel belangrijk. Je maakt het bijvoorbeeld aan als je borstvoeding geeft en als je gaat bevallen. Oxytocine wordt ook al aangemaakt als je iemand langer dan twintig seconden een knuffel geeft. Sommige mannen maken daar gebruik van, als ze een vrouw langer dan nodig vasthouden. Of wat dacht je van loverboys? De vrouw of de man hecht zich aan de persoon met wie hij intiem is door de afgifte van deze stofjes. Het maakt voor de hersenen niet uit of deze man of vrouw goed of fout is voor deze persoon. Op deze manier kan een meisje zich ook blijven hechten aan een loverboy en oprecht denken dat deze jongen te vertrouwen is. Bij seks komen deze stofjes namelijk enorm sterk vrij. Het is niet voor niets dat een loverboy eerst zelf seks probeert te hebben met een meisje voor hij andere dingen van haar gaat vragen. Daarbij is dopamine verslavend. In een vaste relatie is dat heel goed, maar wanneer een persoon meerdere losse seksuele relaties heeft, zoals met die ‘zomaar uit de bar geplukte’ jongen of meisje, kan dopamine zorgen voor een verlangen naar meer random, losse seks en wordt het moeilijk om dit gedrag te stoppen. Zo werkt het ook met porno: je wilt steeds meer zien en hebt steeds extremere beelden nodig voor hetzelfde effect in je hersenen. Je stompt een beetje af.”
En wat doet het psychisch met je als je veel wisselende partners hebt? “Het is vaak ook gekoppeld aan een te positief of te negatief zelfbeeld. Te positief doordat je denkt dat je het allemaal wel aankunt en te negatief als je door seks te hebben bevestiging zoekt. De meest bevredigende seks heb je binnen een serieuze relatie. Dat is waarschijnlijk zo omdat de seks dan een bevestiging is van het vertrouwen dat er al is. Hoe veiliger je je voelt, hoe bevredigender de ervaring. De kick van het nieuwe is dus niet per se bevredigender.”
Wat als ik heel veel wisselende sekscontacten heb gehad, maar nu monogaam wil zijn. Lukt dat me nog goed of is de lijm opgedroogd? “Het mooie van ons brein is dat het kan herstellen. Helemaal aan het begin zei ik al kort iets over de neuroplasticiteit van de hersenen: de hersenen passen zich continu aan veranderende situaties aan. Deze plasticiteit is erg afhankelijk van hoe vaak een netwerk wordt gebruikt. Sommige netwerken worden vaak gebruikt, waardoor de connecties tussen de neuronen worden versterkt. Zo’n netwerk blijft langer staan. Er zijn ook netwerken die maar tijdelijk van aard zijn, omdat ze weinig worden gebruikt. Als je opnieuw duurzaam in iemand investeert, zal het systeem weer goed gaan functioneren. Een mooi voorbeeld is een onderzoek met verwaarloosde ratten. Door het verwaarlozen, kwam er een molecuul op een gedeelte van het DNA zitten die ervoor zorgde dat dit stukje DNA niet meer tot uiting kon komen. Dit maakte ze enorm gevoelig voor stress. Toen ze hierna in het hok werden gezet met een veel zorgzamere (liefdevollere) moeder, ging het molecuul van het DNA af en herstelde het. Je hersenen kunnen ook opnieuw leren zichzelf gezond te hechten. Dat liefde geneest klopt dus letterlijk.”